Zou het werken als je dat één op één zou kopiëren naar Nederland? Wij hebben immers een andere cultuur en traditie. Hoe moet je dat eigenlijk aanpakken, een nieuw onderwijsbestel?
In 2007 kwam McKinsey met het rapport "How the World’s Best-Performing School Systems Come Out on Top". Het rapport stelt, dat ondanks alle investeringen en innovaties in het onderwijs het rendement nauwelijks is toegenomen. Dat leidt tot de vraag wat eigenlijk de kernindicatoren zijn van een goed onderwijssysteem.
De kernconclusie van dat rapport kwam neer op drie elementen:
Dit werd uitgewerkt naar een aantal factoren:
- Getting the right people to become teachers;
- Developing them into effective instructors; and
- Ensuring the system is available to deliver the best possible instruction for every child.
Het rapport beschrijft een aantal schoolsystemen van landen of regio's met goede onderwijsresultaten. Singapore, Canada, Finland zijn beende voorbeelden van landen die consequent hoog scoren op intenationale prestatierankings zoals PISA.
Recent kwam een vervolg uit op dat rapport: "How the World’s Most Improved School Systems Keep Getting Better". Dat rapport beschrijft de factoren die er toe leiden dat een onderwijssysteem steeds beter wordt: van matig naar redelijk, van redelijk naar goed, van goed naar heel goed en van heel goed naar excellent. In het rapport worden 20 onderwijssystemen onderzocht, waarin in de afgelopen jaren een sterke verbetering is gerealiseerd. Het onderzoek richtte zich onder meer op de interventies die zijn ondernomen, afhankelijk van de fase waarin een systeem zich bevindt. Een globaal overzicht van die interventies:
- Van matig naar redelijk
In dit stadium gaat veel aandacht naar de basisvaardigheden als rekenen en taal in het curriculum, ondersteuning van leraren, een basiskwaliteitssysteem waar alle scholen aan moeten voldoen. - Van redelijk naar goed
Meten van prestaties, verantwoordelijkheden beleggen bij docenten en scholen en verder zorgen voor een goede financiering, organisatiestructuur en pedagogische modellen. - Van goed naar heel goed
Waardering van het beroep van docent en schoolleider. Dit vergt goede opleidingen en carrièrepaden om status aan het beroep te kunnen verlenen, vergelijkbaar met arts of advocaat. - Van heel goed naar excellent
Hier gaat het om het verleggen van de sturing van de verbetering van het systeem naar de scholen. Hier gaat het om kwaliteitsverbeteringen door een andere cultuur in scholen: peer-based learning voor docenten zodat ze ervaringen uitwisselen en samenwerken. Het systeem ondersteunt innovatie en experimenten.
Over de fasen heen is te zien dat het accent verschuift van een centrale aansturing naar een sturing op school niveau en een verantwoordelijkheid bij professionele docenten.
Naast de min of meer fase gebonden factoren is er sprake van interventies die over alle fasen heen gaan maar wel verschillen per fase. Het gaat om interventies als aandacht voor een vernieuwing van het curriculum, de beloningsstructuur voor docenten, professionalisering van docenten en schoolleiders, examinering, registratiesystemen en ruimte voor innovatie en experimenten in beleid en wetgeving.
Nederland was niet opgenomen in het lijstje, ondanks al onze hervormingen en investeringen zijn we er blijkbaar niet in geslaagd een duidelijke meerwaarde te realiseren. Sterker nog, we zijn niet voor niets met een inhaalslag taal en rekenen bezig.
Wat voor initiatieven zijn mogelijk om ook het Nederlandse onderwijs daadwerkelijk een stap vooruit te helpen? Daar komen we nog op terug...
Finnish miracle: fata morgana?
BeantwoordenVerwijderenFinnish students’ achievement (15 y) declined significantly: study of University Helsinki
University of Helsinki - Faculty of Behavioral Sciences, Department of Teacher of Education Research Report No 347Authors: Jarkko Hautamäki e.a. Learning to learn at the end of basic education: Results in 2012 and changes from 2001
S.: The change between the year 2001 and year 2012 is significant. The level of students’ attainment has declined considerably: under the mean of the scale used in the questions. The difference can be compared to a decline of Finnish students’ attainment in PISA reading literacy from the 539 points of PISA 2009 to 490 points, to below the OECD average. The mean level of students’ learning-supporting attitudes still falls above the mean of the scale used in the questions but also that mean has declined from 2001.