Posts tonen met het label samboict25. Alle posts tonen
Posts tonen met het label samboict25. Alle posts tonen

donderdag 19 januari 2012

Doelmatigheid in het MBO

(Zie ook het bericht van Joël de Bruijn)
Het thema van de conferentie is 'doelmatigheid versus onderwijskwaliteit'. Paula Sukel (CvB ROC Tilburg) gaat daar aan het begin van de conferentie op in.

Onderwijskwaliteit wordt vaak uitgedrukt in termen van rendement, aantallen diploma's en dan vooral ten opzichte van andere instellingen. Voor de Tweede Kamer is het ook een klas met een docent ervoor. Dat geeft spanningen voor de organisatie maar ook voor de docenten.
Opleiden omvat eveneens de persoonlijke ontwikkeling en dat gaat niet altijd samen met een 'kwaliteitsdoelstelling' als het toewerken naar het diploma. Kwaliteit gaat ook over bedrijfsvoering, de onderwijslogistiek. ICT speelt daarin een belangrijke rol. De effectiviteit van het onderwijs kan met behulp van ICT nog een stuk verbeteren. Met name als straks opleidingen moeten worden ingekort waarbij ook meer onderwijsuren binnen de instelling moet en worden gegeven. Tel daarbij op het verplichte taal en rekenen. ICT zal op verschillende manieren het onderwijs moeten ondersteunen.
Alles bij elkaar moet er nog veel gebeuren om uiteindelijk uit te kunnen komen bij any time, any place, any device.

Rob Vink (onderzoeker bij het IVA) geeft een keynote over doelmatigheid in het MBO: Optimaliseren op het kruispunt van belangen.

Het MBO dient verschillende belanghebbenden, elk met bepaalde doelen, eisen en verwachtingen bij het MBO: studenten, bedrijfsleven, overheid (met belangen vanuit zowel arbeidsmarkt, burgerschap als veiligheid), medewerkers.
Doelmatigheid gaat dan over de manier waarop alle doelen bereikt kunnen worden. Die doelen zijn vaak tegenstrijdig. Zo staat toegankelijkheid tegenover onderwijskwaliteit en staat individualisering tegenover doelmatigheid (waarvoor eigenlijk massa nodig is).
Verder moet onderscheid gemaakt worden tussen verschillende niveaus van doelmatigheid. Een vraagstuk op het terrein van macrodoelmatigheid is natuurlijk: worden studenten arbeidsmarktrelevant opgeleid?
Alle instellingen maken daarbij een microrationele afweging. De som van alle microrationele beslissingen samen maken dat er geen macrodoelmatigheid wordt bereikt: versnippering van opleidingen en er worden teveel studenten opgeleid voor een beroep waar maar beperkt behoefte aan is.

De relatie tussen doelmatigheid en kwaliteit is afhankelijk van de context van waaruit het vraagstuk wordt benaderd. Wat is dan doelmatig?
Hoewel de keus vaak valt op het maximaliseren op één deelbelang moet het eigenlijk gaan om het optimaliseren van de verschillende deelbelangen. Je hebt dan goed contact nodig met de omgeving, de verschillende belanghebbenden. Daar ligt meteen een relatie met informatiemanagement: het afleggen van verantwoording aan alle stakeholders.
Instellingen hebben er alle belang bij om naar de stakeholders duidelijk te maken dat het complex is om alle verschillende deelbelangen goed te behartigen.
Daarbij komt dat de omgeving ook nog eens voortdurend verandert. Dat maakt het zoeken naar een balans tussen de deelbelangen nog wat moeilijker, het gaat om schuivende panelen waarop je je voortdurend moet richten.

Relevante trends worden ingedeeld naar DEPEST: demografisch, economisch, politiek, ecologisch, sociologisch/cultureel en technologisch.
In een matrix kunnen ontwikkelingen worden weergegeven waarbij op de ene as de impact is weergegeven (grote impact / kleine impact) en en op de andere as de onzekerheid (hoge onzekerheid / lage onzekerheid). Met ontwikkelingen die een grote impact zullen hebben, zul je zeker iets moeten, als het ook nog eens gaat om een grote onzekerheid weet je eigenlijk niet wat je dan moet doen.

Belangrijke trends, waarmee je als onderwijsinstelling rekening mee moet houden kunnen worden aangeduid als versnelling, verdichting en versnippering. Onder versnelling vallen zaken als de afnemende halfwaardetijd van informatie en kennis, technologische ontwikkelingen maar ook de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Onder versnippering vallen zaken als individualisering, leveren van maatwerk en de behoefte aan kleinschalig onderwijs. verdichting heeft betrekking op de netwerk- en systeemintegratie, complexiteit, de behoefte aan 'just in time'.

Om de complexiteit samen te vatten:
Leveren van meer en beter onderwijs met minder middelen in een omgeving die steeds verandert en complexer wordt.
Daarbij is het een organisatorische opgave om de balans te vinden tussen

  • Flexibilisering versus standaardisering (met een persoonlijke noot: hoewel?)
  • Massaproductie versus maatwerk
  • Leren voor vandaag versus leren voor de toekomst
  • Een zelfstandige uitvoering versus uitvoeren in coproductie.

Het kruispunt, waar de verschillende belangen bij elkaar komen, is vooral op het niveau van een unit, misschien zelfs een team. Dat levert meteen het bestuurlijk dilemma op van bestuurlijke eenheid versus organisatorische verscheidenheid: op welk niveau moeten doelmatigheidskeuzen worden gemaakt?

Informatiemanagement speelt een belangrijke rol in de doelmatigheid, zoals Paula Sukel ook al aangaf.:

  • Het toenemend belang om de buitenwereld naar binnen te brengen. Informatiemanament moet zorgen voor het beheersbaar maken van diversiteit.
  • Informatiemanagement sppelt een belangrijke rol om de complexe onderwijslogistieke processen goed te laten verlopen.
  • Tot slot moet informatiemanagement een brug slaan tussen bestuurlijke eenheid en organisatorische diversiteit: verantwoording versus sturing.

Vink sluit af met nog wat aanvullende v's voor de student: verbinding, vertraging, verwondering.

woensdag 18 januari 2012

Gevangen in de wolken: over lock-in in de cloud

Op de saMBO~ICT conferentie in Tilburg geeft Fabrice Mous van Ictivity de eerste keynote over cloudcomputing. Mous start zijn presentatie met de mededeling, dat hij geen cloudexpert is al is hij wel een fan van interoperabiliteit.

Het cloudlandschap
In 2008 is cloudcomputing als begrip opgekomen: op aanvraag beschikbaar stellen van gegevens zoals stroom uit een stopcontact. Vergelijkbaar met ASP, hosting, kortom oude wijn in nieuwe zakken. Cloudcomputing werd gepromoot als dé oplossing tegen vendor lock-in en vóór interoperabiliteit.
Enkele belangrijk aspecten zijn:
  • Betalen naar gebruik. De vraag is dan wel, welk kostenmodel zit er onder? Er vindt een verschuiving plaats van kapitaalkosten naar operationele kosten.
  • Het is elastisch (schaalbaar).
  • Resources zijn niet meer plaatsgebonden en bovendien 'ongelimiteerd' beschikbaar.
Ford zei het al: waarom maken als we het kunnen kopen?

Mous neemt ons mee langs de verschillende servicemodellen (die in dit publiek toch bekend verondersteld mogen worden).
  • Software as a service (Saas): Office 365, Google docs, etc
  • Platform as a service (Paas): platformen als microsoft azure, OpenShift, Google app engine, die zijn met name bestemd voor ontwikkelaars.
  • Infrastructure as a service (Iaas): infrastructuur, servercapaciteit.
De oplossingen kunnen ook nog op verschillende manier beschikbaar worden gesteld: je kunt dan spreken van een public cloud (helemaal via internet), een private cloud (via internet maar op eigen servers) of een mix, een hybrid cloud.
Over deze indeling valt  nog wel iets te zeggen. De cloud wordt vooral geassocieerd met een applicatie of data 'ergens in de lucht'. Je kunt dan eigenlijk niet aangeven waar die data nu eigenlijk fysiek staat. Als er gesproken wordt over Saas-oplossingen heeft men het eigenlijk over iets, dat een tijd geleden nog werd aangeduid als ASP (application service providing ofwel hosting). De applicatie staat ergens bij een leverancier op een server, duidelijk fysiek aanwijsbaar. Inmiddels staan veel applicaties allang niet meer binnen een instelling maar op een server bij de leverancier. Dat 'voelt' nog helemaal niet als cloud. In feite gaat het wel over Saas in de private vorm. De data is fysiek aanwijsbaar aanwezig op je eigen (gehoste) fysieke of virtuele server. Is dat nu wel of geen cloud?
Mous gaat in op een aantal voorbeelden waarbij duidelijk is, dat de cloud niet de oplossing is tegen vendor lock-in. Jim Whitehurst, CEO van Red Hat (Linux) zei het al: Cloud is in feite de 'ultimate vendor lock-in'
  • Als je Office 365 wilt gebruiken op een tablet, heb je meteen een probleem. Het aanmelden gaat goed, maar vervolgens heb je de Silverlight plugin nodig. Die kan dan weer niet geinstalleerd worden op een tablet. In feite is er dus een lock-in met een Microsoft platform. Het gaat dus om een 'Windows only' cloud service.
  • Salesforce is een cloudapplicatie voor financiële zaken, zeg maar, je boekhouding. De applicatie werkt heel veel met metadata, heel specifieke, gesloten metadata. Overstappen naar een andere leverancier kan dan alleen met hele hoge kosten voor het omzetten van de metadata. Natuurlijkbgeeft Salesforce aan, dat de klant eigenaar is van alle data. Maar ja, als je een export maakt van al je data krijg je wel een bestand met alle data maar zonder datamodel, zonder relatie tussen al die gegevens. Alsof je een telefoonboek downloadt met eerst alle namen, dan alle adressen en vervolgens nog alle telefoonnummers mrt alleen maar een komma tussen de opeenvolgende velden. Ga er maar aanstaan!
  • Nadat de Google app engine na een proefperiode (als beta-versie) als definitieve versie beschikbaar kwam, werd er meteen een behoorlijk prijskaartje aangehangen. Google werkt met een eigen database met een eigen werktaal. Omdat alles vast hangt aan je Google-account volgens het 'Google identity model' kun je in feite niet migreren naar een ander platform. Dan kun je met een gerust hart een flink prijskaartje hangen aan het gebruik van de app engine...
  • Coghead is ook een app engine ook met een eigen taal. Coghead werd overgenomen door SAP. Dat bedrijf heeft vervolgens alle gebruikers 8 weken de tijd gegeven de code in de engine om te schrijven naar een ander platform, na die tijd moest men kiezen voor het verwijderen van alle broncode dan wel tegen betaling gebruik blijven maken van de Coghead/SAP-omgeving.
  • Bij Amazon kun je serverruimte huren. Daar worden back-up images van gemaakt. Mooi als je de inhoud van zo'n server naar een andere provider zou willen overbrengen. Helaas is zo'n image niet op andere servers te installeren, behalve op een andere server van Amazon...
De conclusie is, dat hoe hoger je in de cloud zit (van Iaas via Paas naar Saas) des te waardevoller de data eigenlijk zijn maar ook des groter de afhankelijkheid van de provider blijkt te zijn.

Mous geeft als advies om een overstap naar de cloud goed te overwegen. Daarbij moet je als instelling niet al te overhaast te werk gaan en daarbij een duidelijk risicomanagement voeren. Weet met wie je in zee gaat en wat je in geval van problemen moet doen over te kunnen stappen.

Aardig verhaal, van een keynote voor dit publiek mag je wat meer verwachten...