Weer voor de klas, deel 2 alweer. Eigenlijk een verkeerde benaming, want er zijn eigenlijk geen klassen meer, maar goed. De vijfde verdieping bestaat uit een grote ruimte met tafels en stoelen en een 24-tal computers. Er kunnen pakweg 80 studenten zitten. Daarnaast zijn er twee ruimtes waar groepen les kunnen krijgen en nog een gedeelte van de grote ruimte dat met wat schotten is afgezet. Ook is er een docentenkamer, die (voor mij althans) af en toe als vluchtruimte kan dienen. De ruimte wordt voor een dagdeel ingepland voor de minder praktijkgerichte zaken. Les, werken aan opdrachten, begeleidingsgesprekken, en dat een paar uur lang. Elke week wordt een weekrooster samengesteld welke groep met welke zaken aan de slag moet.
De start van het programma vanmorgen verliep erg rommelig. Een zieke docent, studenten die geen (week)rooster hadden gehad, het binnendruppelen van studenten. Docenten en instructeurs, die hun groep aan het zoeken waren, andere groepen weer aan het verwijzen waren naar de juiste ruimtes, enzovoorts.
Ik heb de zieke docent (die het werken met computers begeleidt) zoveel als ik kon, vervangen. Mijn onbekendheid met het programma (ze kregen HAM, wat staat voor Hygiëne, ARBO en Milieu, maar had daar ik verder geen boeken van) en het toch wel wat chaotische verloop maakten mij erg onzeker. Met een groepje studenten naar de bibliotheek meegegaan waar ze instructie zouden krijgen over het bibliotheeksysteem. Geen bibliotheekmedewerker, geen opdrachten, geen computers. Los dat maar even op. Ik kan op zo'n moment heel slecht tegen het ontbreken van de voorzieningen. Hier kun je je studenten niet mee wegsturen. Een ontruimingsoefening kwam eigenlijk als een 'saved by the bell'.
Rondgelopen tussen de al dan niet werkende studenten, wat wachtwoordproblemen helpen oplossen, wat tips gegeven bij opdrachten.
Ik heb een tijdje gewoon op een afstandje naar het hele gebeuren zitten kijken. Ze zullen wel gedacht hebben, 'wat zit die daar nou te doen?' Groepjes studenten, die zelfstandig zitten te werken. Maar met een rendement van bijna niks. MSN, foto's op de pc, uitgebreid het weekend evalueren, wat hangen aan de tafels. En toch krijg je de indruk van 'best een gezellige, actieve sfeer'.
In elk geval moet de zaak op een aantal punten nog eens goed bekeken worden:
- Meer activerende, praktijkgerelateerde opdrachten. Er moet meer leerrendement uit deze uren te halen zijn.
- Het plannen. Blijkbaar vormen de beschikbare computers de kritische factor.
De planning moet dan ook gebaseerd gaan worden op het gebruik van de computers. Zoveel uur per student per week, dat wordt vervolgens ingepland, de rest wordt er omheen gepland. Moeten wel alle opdrachten gescreend worden op de computercomponent, voor welke opdrachten is een computer nodig en voor hoe lang? Kunnen ze met zijn tweeën achter de computer? Dat soort dingen.
En anders moet het aantal computers uitgebreid worden zodat ze geen kritische factor meer vormen. Toch nadenken over laptopjes voor de toekomstige kappers en kapsters? - Misschien in het algemeen: gedurende twee weken eens elk uur registreren welke docent met welke groep(en) bezig is, hoeveel ruimtes bezet zijn, hoeveel computers in gebruik zijn. Dat soort gegevens levert heel veel inzicht in wat er werkelijk gebeurt op de werkvloer...
Wordt vervolgd...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reacties zijn welkom