woensdag 31 december 2008

Balans van 2008

De laatste dag van 2008. Mooi moment om terug te blikken. (En dit is mijn 250ste bericht. Kan ook worden beschouwd als een mooie gelegenheid, natuurlijk.)
Binnenkort is er wel weer voldoende aanleiding om vooruit te kijken.

Het afgelopen jaar is er genoeg te doen geweest in het onderwijs. Maar om nou te zeggen, dat in het Nederlandse (beroeps-)onderwijs 'de grote doorbraak' is bereikt, ik ben bang dat dat niet het geval is. Dijsselbloem zette de overheid te kijk met het rapport waarin duidelijk werd gemaakt dat er grote fouten waren gemaakt. De belangrijkste aanbevelingen (overheid: wat, instellingen: hoe, meer zeggenschap voor de docent, meer evidence based vernieuwen) leken op zich niet verkeerd maar ook de commissie liet zelf wat steken vallen.
De vergrijzing is nog niet opgelost, ondanks een forse injectie van ministerie Plasterk in de salarissen, waar vervolgens nog flink over gesteggeld werd. Zelf heb ik daar niet zoveel aandacht aan besteed.
En dan is er nog het probleem van de uitval ofwel, ongediplomeerde uitstroom. Plasterk juicht over de behaalde resultaten maar wordt teruggefloten door het CPB, die op getallen uitkomt waaruit blijkt, dat er nog helemaal geen sprake is van een vermindering. Wel even opletten: het gaat hier om de effectiviteit van in 2006 afgesloten convenanten, niet om het totaal van de schooluitval. Daarvoor is er ook veel cijfermateriaal beschikbaar op www.voortijdigschoolverlaten.nl.
En dan de toepassing van ICT in het onderwijs. In een presentatie in september ging ik samen met Joke Snippe (Hogeschool INHolland) en Ricardo Winter (ROC van Amsterdam) hier op in. Duidelijk is in elk geval, dat we er met de toepassing van ICT in het onderwijs nog niet zijn, al wordt 2008 nu al het jaar van de digitalisering genoemd. Misschien toch meer geduld hebben!
En wat de invoering van het competentiegericht onderwijs (in het MBO) betreft? Veel wisselende geluiden. Hoe hoger in de boom, hoe positiever de geluiden. Veel zorgen op de werkvloer. Een aardige samenvatting komt terug in een brief van de staatsecretaris waarin ze ingaat op vragen van de SP.

Is er helemaal geen kentering te zien? Een paar dingen zijn bereikt, nou ja verbetered, nou ja, veranderd...

  • Er is een advies onderwijstijd (in het VO, wat de uitwerking is naar het MBO?) waarin wordt gepleit voor 1000 klokuren ipv 1040 uren en een week minder vakantie voor docenten. Docenten en vakbonden zijn niet blij met dat laatste: 'de werkdruk komt niet door de lange vakantie'. Nee, maar dat je de werkdruk er voor een deel wel mee kunt oplossen.
  • Er wordt (meer) aandacht besteed aan 'evidence based' onderwijs, onder andere door de oprichting van TIER.
  • Het jaar 2008 kan worden aangemerkt als het jaar waarin de maximale omvang van onderwijsinstellingen zo ongeveer is bereikt. De aandacht voor mega-instellingen en fusies bereikt ineens een kookpunt. Er wordt gesproken over een fusietoets en in afwachting daarvan worden instellingen gevraagd geen fusies meer aan te gaan.
  • Plasterk haalt ook de vroege schoolkeuze weer van stal. Nog lang geen kentering, natuurlijk, maar wie weet komt er op de langere termijn iets van de grond.

Ik realiseer me, dat hiermee nog lang geen uitputtend overzicht, laat staan een balans over 2008 is weergegeven. Maar ja, de oliebollen vragen ook om aandacht.

zondag 28 december 2008

De Generatie Y komt er aan ... of nog even niet?

In een artikel in Onderwijsinnovatie worden de resultaten beschreven van een onderzoekspilot bij Hogeschool INHolland waarbij tweedejaars studenten Management opdrachten kregen waarbij ze Web 2.0 tools moesten gebruiken om te communiceren.
De opdrachten waren gebaseerd op het uitgangspunt dat de huidige generatie studenten ('generatie Y')goed overweg kan met internet en allerlei communicatietools. Vooraf werd dat bij de studenten getoetst. De opdrachten hadden betrekking op het verwerven van een stageplaats waarbij oud-studenten en bedrijven moesten worden geinterviewd. Daarnaast moest een persoonlijk internet 'presence' gemaakt worden, waarin een YouTube-filmpje voorkwam. Vooraf werden enkele workshops gegeven, onder andere over het werken met Sharepoint (de intranetomgeving van INHolland).

De resultaten vielen tegen. Op zich waren de studenten vooraf 'redelijk vertrouwd met de communicatieve mogelijkheden van internet, al was er wel sprake van behoorlijke niveauverschillen tussen de studenten'. Het artikel noemt een aantal ervaringen:

  • werken met Sharepoint bleek voor veel studenten lastig
  • slechts weinig studenten leverden de opdrachten binnen de gestelde periode van 8 weken in
  • resultaten van interviews werden over het algemeen in tekst weergegeven
  • studenten waren redelijk tevreden over elkaars prestaties met betrekking tot de interviews, docenten vonden dat er meer uit te halen was geweest
  • het maken van een webpresence was nieuw voor de meeste studenten en werd bovendien als lastig ervaren
  • er werd weinig op de presentatie gereflecteerd ondanks een een geintegreerd studieloopbaantraject
  • de webpresence leek meestal op een gewoon cv, het feit dat een webpresence aan andere eisen moet voldoen dan een 'gewoon cv' was voor de studenten een nieuwe leerervaring
  • veel video's waren van slechte kwaliteit

Over het algemeen blijkt een deel van de studenten een betere kijk te hebben gekregen op de toekomstige stage, de grootste meerwaarde zat in het inzicht op de webpresence.

Alles bij elkaar nog geen resultaat wat de 'belofte van de Einsteingeneratie' waarmaakt. De resultaten kunnen echter op verschillende manieren worden uitgelegd. Fervente tegenstanders van het gebruik van ICT in het onderwijs zullen hier 'het zoveelste bewijs' in zien dat ICT (en het nieuwe leren) allemaal flauwekul is. Ik zie iets anders: Studenten kennen de mogelijkheden wel maar zijn nog nog niet (vanzelf) in staat die mogelijkheden goed uit te buiten in onderwijssituaties. En in hoeverre zijn scholen zelf al zodanig vertrouwd met de web 2.0 mogelijkheden dat goede opdrachten kunnen worden samengesteld en een goede ondersteuning geboden kan worden? Resultaten als deze zijn naar mijn idee meer terug te voeren op didactiek en de motivatie van studenten er tijd in te steken. De auteurs gaven zelf al aan, dat de ambities van het rpoject wel wat hoog waren. Een pilot als dit levert in elk geval wel waardevolle informatie op over wat wel en wat (nog) niet mogelijk is.

De auteurs trekken zelf de conclusie, dat het enerzijds nog wel meevalt met die 'Generatie Y', maar geven anderzijds aan dat de ontwikkelingen razendsnel gaan en dat scholen er maar beter op voorbereid kunnen zijn.
Dat blijkt ook wel uit het bericht dat een onderzoek in de VS uitwijst dat 90% van de studenten wifi als een noodzakelijke voorziening te beschouwen:

In a survey released today by the Wi-Fi Alliance and Wakefield Research, nine out of 10 college students in the United States say Wi-Fi access is as essential to education as classrooms and computers, and nearly three in five say they wouldn't go to a college that doesn't have free Wi-Fi. What's more, fully 79 percent said that without Wi-Fi access, college would be a lot harder.

vrijdag 26 december 2008

Beter leren met een betere kennis van het brein

In mijn bericht over het Slimme Onbewuste vroeg ik het me al af: op welke manier kan de huidige kennis over het brein toegepast worden in het onderwijs? In het decembernummer van Onderwijsinnovatie een artikel met daarin een aantal aanbevelingen over de manier waarop kennis over het brein kan worden toegepast in het onderwijs.

Het artikel beschrijft de ervaringen van Mark Tigchelaar, zelf dyslectisch, die dankzij allerlei geheugentechnieken en methoden als snellezen, mindmappen en timemanagement de studieduur van een cursus van 40 uur per week kon terugbrengen tot 8 uur per week! Hij gaat dus uit van technieken die gebruik maken van kennis over het brein.
Het BCL Instituut (Breincentraal Leren Instituut) gaat uit van de invalshoek van het maakbare en vooral, het plastische brein. De wetenschap dat neurale netwerken kunnen ontstaan of worden versterkt door bepaalde werkvormen heeft geleid tot zes leerprincipes die kunnen worden toegepast in het realiseren van gunstige leeromstandigheden:

  1. Emotie maakt neurale netwerken sterker doordat bepaalde neurotransmitters vrijkomen
  2. Herhalen en oefenen van vaardigheden versterkt de neurale netwerken
  3. Creatie in plaats van consumptie, zelf ontdekken werkt veel beter omdat hersenen er op ingericht zijn zelf informatie te ordenen en betekenisvolle patronen te maken
  4. Focus op context en uitkomst, met name door te visualiseren omdat dat de spiegelneuronen in de hersenen activeert
  5. Maak leren zintuiglijk rijk omdat dan verschillende netwerken worden gecombineerde en versterkt
  6. Bouw voort op het bestaande omdat het brein juist werkt op basis van betekenissen, ervaringen en associaties

Klinkt allemaal erg bekend. Praktijkgericht, contextrijk, cretief leren, constructivisme. Maar hier wordt wel de link gelegd naar een wetenschappelijke onderbouwing op basis van de nieuwste inzichten in de werking van het brein. Met daarnaast een aantal concrete aanknopingspunten in de vorm van aanbevelingen onderwijssituaties op een bepaalde manier in te richten en begeleiding op een bepaalde manier vorm te geven. Het BCL geeft daar trainingen voor.

dinsdag 23 december 2008

Cijfertjes en 'wishful thinking'

Ik ben geen fan van Aleid Truijens (columniste van de Volkskrant). Vaak worden in haar columns karikaturen gemaakt, aannames als feiten gepresenteerd, kleine dingen opgeblazen. Maar soms schrijft ze dingen, die me uit het hart gegrepen zijn (helaas is de column van vandaag (nog) niet online in te zien zonder inloggen).

Truijens schreef over de ranglijst van scholen, die door Trouw jaarlijks worden gepubliceerd. Trouw geeft in een toelichting aan:

...dat de Schoolprestaties een prikkel is voor scholen in het voortgezet onderwijs om hun aanpak kritisch onder de loep te blijven houden. Zo draagt de publicatie van de cijfers bij aan betere onderwijsprestaties...

Wishful thinking! Scholen zullen de lijst aangrijpen om maatregelen te treffen om een hoge score te verwerven. Als de score is beaseerd op weinig zittenblijvers en een hoog gemiddeld eindexamencijfer, dan is selectie een veel makkelijker middel om dat te bereiken dan het verbeteren van het onderwijs! Dus krijgen leerlingen die dreigen doubleren een verwijzing naar een lager niveau. Daarmee bereikt Trouw met de lijst juist een averechts effect van wat beoogd wordt!
Truijens breekt een lans voor scholen die genoegen nemen met een lager gemiddelde eindexamencijfer en meer zittenblijvers maar wel meer leerlingen er doorheen slepen om ze zo een diploma op een hoger niveau te kunnen geven.

Overigens wel aardig, dat in dezelfde Volksrant een artikel stond waarin aangegeven, dat ook de minister zich rijk rekent met cijfertjes over een afname van schooluitval! Het CPB toont dat op basis van de Basisregistratie OnderwijsNummer (BRON) aan. Daar gaat het om wat hardere cijfers dan de cijfers, waar het ministerie zich op baseert: zelf aangeleverd door betrokken scholen...

"Een substantiële verandering in de cijfers wijst bijna altijd op een andere manier van tellen, en zelden op effect van beleid"

...aldus de Algemene Rekenkamer. Nog een mooi voorbeeld van wishful thinking op basis van het interpreteren van cijfertjes...

zondag 21 december 2008

Onderwijs in de Economische Agenda

In 2005 organiseerde de Volkskrant (in samenwerking met de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling en het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken) de Sociale Agenda. Er werden 39 vraagstukken geformuleerd, die op allerlei manier werden beschreven, bediscussieerd en besproken. Uiteindelijk leidde dat tot het boek '30 plannen voor een beter Nederland', waarin ook het onderwijs aan bod kwam.

Inmiddels is de Volkskrant gestart met een nieuwe agenda. In een artikel wordt ingegaan op 'vragen die om een antwoord schreeuwen'. Het gaat om de Economisch Agenda dit keer, waarbij zes kernvragen zijn geformuleerd en waar iedereen mee kan praten over de vraagstukken. Ook ditmaal ontbreekt het onderwijs niet:

Hoe krijgen we de schooluitval in het beroepsonderwijs naar nul?
De economische schade die de samenleving zichzelf toebrengt door hoge schooluitval toe te staan is enorm. Hoe voorkomen we dat er een hele generatie verloren gaat?

Enerzijds is het vanzelfsprekend dat dit onderwerp op deze agenda staat. De economisch impact van het probleem is enorm. Van andere kant wordt er weinig recht gedaan aan het feit dat er natuurlijk al een hele hoop gebeurt. Zie bijvoorbeeld de website van het Ministerie van OCW op dit gebied: www.voortijdigschoolverlaten.nl. En ook de Volkskrant heeft de vraag eerder in de 'Etalage van goede ideeën' ook al gesteld.

De meeste problemen moet je bij de oorzaak aanpakken. Dat heeft er toe geleid dat het Ministerie het onderzoeksbureau Oberon heeft gevraagd categorieën van schoolverlaters in kaart te brengen. Het is immers typisch dat  de ene jongere wel en de andere niet uit valt onder vergelijkbare omstandigheden. Inzicht in het type jongere kan helpen bij het tijdig signaleren van problemen. De resultaten van dit onderzoek zijn te vinden op de website. Daarin ook een aantal aanbevelingen, die naar mijn zin nog veel te wollig zijn:

1.       Tijdig signaleren. Versterking van het signalerend vermogen binnen het onderwijs, de zorgstructuur en de overgang tussen onderwijssectoren;

2.       Aandacht voor de “geruislozen”. Jongeren met problemen die ze internaliseren geven geen overlast, maar kunnen gemakkelijk uit het onderwijs “verdwijnen”;

3.       Meer aandacht voor de behoefte aan hechting en gekend worden van jongeren. Dit begint binnen het reguliere onderwijs, maar geldt ook voor de zorg en de opvangstructuren.

Natuurlijk, als je gevraagd wordt schoolverlaters te typeren dan is dat niet hetzelfde als het formuleren van oplossingen voor dat schooluitval. Het risico is alleen dat op basis van dit soort zeer algemene uitspraken allerlei deeloplossingen worden bedacht.

Naar mijn idee speelt er meer. Maatschapelijke ontwikkelingen als individualisering, informalisering, intensivering (zie de vijf i's in Trends, dilemma's en beleid van het SCP, p 22-25) zijn mede bepalend voor de de manier waarop leerlingen in het onderwijs staan, het onderwijs moet concurreren met vrije tijd en ouders die niet meer vanzelfsprekend op een lijn staan met de school maar eerder opkomen voor hun kind. Ook het doel van een hoger aandeel van leerlingen en studenten in het hoger onderwijs (de Lissabon-doelstelling) maakt het natuurlijk niet makkelijker. En het onderwijs is in al die jaren niet echt meegegroeid.

Overigens zijn er meer die er over nadenken, zoals de club 'Zapgeneratie'.

zaterdag 20 december 2008

Impact

Heb je als blogger nou invloed op wat er in de wereld gebeurd? Ik heb daar zo mijn eigen (bescheiden) ideeën over. Het is meer de massa die in staat is dingen te veranderen.
Deze week kreeg ik onderstaande reactie van Tom Kronenberg. Daaruit blijkt dan maar weer, dat ik daadwerkelijk invloed heb gehad, al is het maar als doorgeefluik van wat informatie.

Beste Jef, Op je blog las ik dit bericht (noot: over Overheid 2.0) ergens in Oktober. Ik vond het wel een leuke uitdaging en heb mijn idee aan de speciale NING toegevoegd. Om een lang verhaal kort te maken. Ik zit nu met € 25.000,- te bedenken hoe ik van Hulpbijditformulier.nl een succes ga maken. Bedankt dat je dit bericht plaatste, blijf dat soort dingen vooral doen! Groet, Tom Kronenburg

Tom, van harte gefeliciteerd! Geef een seintje als het idee gerealiseerd is, dan maak ik er hier wel weer reclame voor!

zondag 14 december 2008

Het slimme onbewuste

Slimmeonbewuste Een hele tijd geleden heb ik in de wachtkamer bij de tandarts een artikel gelezen (ik dacht in Quest) over de manier waarop mensen kiezen. Ik vond het toen heel frappant, dat in bepaalde situaties (bijvoorbeeld een belangrijke aankoop) mensen beter af konden gaan op hun onbewuste dan op gedegen nadenkwerk. Een kwestie van informatie in je opnemen en er 'een nachtje over slapen'. Dat was heel wat voor een rationele twijfelaar als ik, die zelfs in de supermarkt af en toe moeite heeft om te kiezen tussen een pot pindakaas of sandwichspread!

Vorige week hebben we thuis nieuwe boekenkasten gekregen (overigens een aankoop waarbij we behoorlijk zijn afgegaan op ons gevoel, zeg maar, ons 'onbewuste', wat onmiddellijk tot uitdrukking kwam in het feit dat we behoorlijk over het budget zijn heengegaan). Bij het overhevelen van boeken van de oude naar de nieuwe kasten kwam ik ineens een boekje tegen dat ik vorig jaar eens heb gekregen maar dat in een vergeethoekje was terechtgekomen: "Het slimme onbewuste" van Ap Dijksterhuis.

Heel leesbaar en vooral erg boeiend. In eerste instantie wordt duidelijk mensen altijd het idee hebben gehad dat het bewustzijn veel belangrijker was dan het onbewuste. Descartes ging er zelfs van uit dat er helemaal geen onbewuste was. Dat is lang zo gebleven. Aan de hand van een aantal thema's gaat Dijksterhuis verder in op de werking van zowel het bewustzijn als het onbewuste.

Hij beschrijft het onbewust waarnemen (je neemt veel meer waar dan je zelf denkt) en gaat daarbij onder andere in op het subliminaal waarnemen (waarnemingen waarvan je je zelfs helemaal niet bewust kunt worden omdat de prikkels te snel zijn om je er bewust van te kunnen worden, bijvoorbeeld door tijdens een film heel snel bepaalde begrippen te presenteren). Het werkt wel, maar Dijksterhuis rekent aan de hand van een aantal voorbeelden af met mensen die denken dat op die manier hele volksstammen kunnen worden gemanipuleerd.
Ook het nemen van onbewuste beslissingen (het Quest-verhaal) wordt hier nog eens uitgebreid beschreven met tal van interessante onderzoeken. Daarbij laat hij aan de hand van onderzoeksresultaten zien, dat de hersenen al activiteit vertonen ruim voordat iemand zich bewust wordt van het besluit om een handeling te verrichten.
De manier waarop creativiteit vanuit het onbewuste onstaat en kan worden gestimuleerd, komt aan bod evenals onbewust handelen, waar met name imitatiegedrag uit de doeken wordt gedaan.

Dijksterhuis werkt toe naar een conclusie: het bewuste is niet meer dan een resultante van alles wat er zich in het veel complexere, snellere en capabelere onbewuste afspeelt. In feite zou je zonder het bewustzijn door het leven kunnen. Of het leven dan nog leuk is, is maar de vraag.

Het boek is uit, nu blijven er nog wat vragen over. Op de eerste plaats: wat kunnen we er in het onderwijs mee? Gebruik maken van deze kennis om leren en leerprestaties te verbeteren? Lijkt me voor de hand liggen, maar daar is toch nog wat meer studie voor nodig.
Maar ook een meer filosofische vraag: als we zonder bewustzijn zouden kunnen, als er helemaal geen functionele meerwaarde kan worden aangetoond voor het organisme, wat is dan het evolutionaire voordeel, dat er aan bewustzijn is verbonden? Misschien in de kerstvakantie toch nog eens wat andere boeken uit die nieuwe boekenkast halen, bijvoorbeeld 'Een schitterend ongeluk' van Wim Kayzer.

16 things I wish they had taught me in school

Zomaar tegenaan gelopen: "the positivity blog", van Henrik Edberg. Allerlei berichten over een positieve kijk op de wereld en het leven. Het eerste berichtje dat ik tegenkwam ging over "16 things I wish they taught me in school". Met allerlei wijsheden die het je in het dagelijks leven een stuk makkelijker kunt maken. Zo komt de 80-20-regel voorbij, wat voorbeelden van time-management (batching: routineklusjes in één keer afwerken, en zo).
Maar ook wat levenswijsheden zoals 'first give value, then get value' (omdat mensen eerst iets willen kirijgen voor ze willen geven, schiet het vaak niet op, omdraaien van die twee zou veel meer kunnen opleveren) en 'assume report' (als je nerveus bent om een nieuw iemand te ontmoeten, doe dan alsof het je beste vriend is), en meer.

Ik ben het met Henrik eens: Het zou niet verkeerd zijn dit soort zaken mee te nemen in het onderwijs. Of zijn we dan weer (tegen Dijsselbloem in) allerlei maatschappelijke dingen over de schutting van het onderwijs aan het gooien? Volgens mij niet, het gaat om dingen, die in te bouwen zijn in het 'verborgen curriculum', zeg maar, in een 'zo doen we dat hier'-mentaliteit op school.

donderdag 11 december 2008

Boodschappenlijstje (2)

Even geleden zette ik mijn boodschappenlijstje voor Online Educa op mijn weblog. Na afloop moest ik natuurlijk wel even kijken of ik aan mijn trekken was gekomen.

Eén van de ingerediënten betrof 'killer-apps', nieuwe toepassingen die het aanzien van (de toepassing van ICT in) het onderwijs grondig zouden kunnen aanpassen. Als voorbeeld noemde ik het digitaal schoolbord. Op zichzelf nog geen innovatie van het onderwijs (in feite alleen maar een innovatie van het schoolbord, natuurlijk). Maar misschien wel een springplank om de toepassing van ICT in het onderwijs ineens een flinke duw in de rug te geven.
Prompt verscheen een bericht van Margreet van de Berg waarin werd verwezen naar een werkstuk van David Strang over digitale schoolborden. Een begin!

Maar dat kwam niet van Online Educa.

Maar als een blogger als Wilfred Rubens er naar toe gaat, hoef je eigenlijk zelf niet meer. In elk geval kon ik daar mijn hart ophalen! Vooral het stuk, waar ingegaan wordt op de keynote van Roger Larsen en vervolgens de kritiek daarop van Hans de Zwart.
Nou ken ik Fronter goed (ik heb zelf lang bij ROC Eindhoven gewerkt) en ook het bedrijf is mij niet vreemd. Laat ik zo stellen, dat Hans in zijn commentaren wel gelijk heeft (de statements van Fronter in de brochure zijn aanvechtbaar, zoals hij stelt) maar hij gaat nergens in op de kwaliteit van het product zelf. Dat gebeurt vervolgens overigens in de commentaren in discussievorm daaronder wel!
In elk geval is de strijd nog steeds gaande.

Jammer dat ik het niet meer terug heb kunnen vinden: een arikel in TIEM over een discussie tussen een aantal informatiemanagers en CIO's over de keuze tussen Open Source en besloten producten. Dus voor wat het waard is, even uit mijn geheugen.
Vooroordeel of niet, argumenten als het ontbreken van een aanwijsbare eigenaar / leverancier, doorontwikkeling en het ontbreken van een implementatiepartner was voor de meesten toch voldoende reden om (nog) niet te kiezen voor Open Source.

Google doet raar

Wat is er toch met de iGoogle-pagina? Bij mij laadt de homepagina tot op zekere hoogte maar blijven de vakken leeg. Onderaan staat 'wachten op http://37.gmodules.com/... maar gebeurt er verder niets. En het is op verschillende computers hetzelfde.

Het vreemde is, dat de links die je op een bepaalde plek zou verwachten onzichtbaar zijn maar wel werken. Als ik even een ander scherm open en vervolgens terugkeer, is alles wit.

Rara...Igoogleleeg

Update van een uurtje later... Alsof de duvel ermee speelt, nou doet hij het weer (even in elk geval).

zondag 7 december 2008

En dan de schoolkeuze

En de ene discussie woedt nog vrolijk voort, komt de volgende alweer opzetten: de vroege schoolkeuze.
In een brief aan de Tweede Kamer geeft Plasterk een overzicht van de stand van zaken in het onderwijs met allerlei ingezette of voorgenomen maatregelen. Tal van onderwerpen passeren de revue, van de investeringen in docenten, contacturen, strengere exameneisen, taal en rekenen, enzovoorts.
Aan het einde van de brief wordt -bijna terloops- ingegaan op de vroege schoolkeuze en het voornemen van Plasterk daar onderzoek naar te laten doen.

En een commentaar dat daar dan weer loskomt. Nog zonder precies te weten wat er speelt worden oude middenschool- en basisvormingskoeien van stal gehaald. Onderwijssocioloog Paul Jungbluth van de Universiteit snapt het beter:

Jungbluth maakt een vergelijking met het halen van het rijbewijs. Aan iedereen worden dezelfde eisen gesteld. De één heeft daar alleen 10 lessen voor nodig, de ander 100. In het onderwijs is dat nu niet zo, zegt Jungbluth. „Daar geeft men een vast aantal lessen en zegt als dat klaar is: dit is het.”

Als we het hebben over flexibiliteit van het onderwijs als 'het zorgen, dat elke leerling krijgt wat hij nodig heeft om succesvol het onderwijs te kunnen doorlopen', dan moet het toch niet zo moeilijk zijn om te bedenken dat er al veel te winnen is met eenvoudige oplossingen. Een verlengd traject, zeg maar een groep 9 voor basisschoolkinderen die gewoon nog niet ver genoeg zijn om de grote oversteek te wagen.
We zijn er zelf een paar jaar geleden ook naarstig naar op zoek geweest...

De menselijke maat

Er woedt weer een nieuwe discussie in onderwijsland, over de schaalvergrotingen dit keer. Naar aanleiding van een rapport van de Onderwijsraad schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer dat de menselijke maat weer terug moet in het onderwijs. Er is dus zorg over de menselijke maat, mega-instellingen, de leerfabrieken, de intensieve leerlinghouderij, enzovoorts. De onderwijsraad stelt dan ook een fusietoets voor. Sommigen (zoals BON in het NRC en op de website) schieten in hun zorg volledig door.

Op zichzelf ben ik wel blij met de discussie omdat ik zo ook mijn vraagtekens heb bij de organiseerbaarheid van enorme onderwijsinstellingen. Maar ik vind ook, dat er niet weer overhaast een paar politieke besluiten genomen worden waarmee het kind met het badwater wordt weggegooid.
De brief van de minster bevat verder een aantal argumenten, waarvan de onderbouwing maar mager is. In de inleiding van de brief wordt een uitspraak van de Britse onderwijskundige Michael Barber aangehaald: 'Nothing (is) more crushing for self-esteem then anomity'. Ik denk dat vele docenten en studenten in grote onderwijsinstellingen zich hierin niet herkennen, dat er ondanks de omvang van de hele instelling toch sprake is van een menselijke maat. Er wordt dus geen rekening gehouden tussen het bestuurlijk niveau en het schoolniveau. Ook de VOS/ABB onderkent dit.

Nog een paar losse flodders ter overweging:

  • Hoe groter is lang niet altijd hoe beter. Bij de toename van de omvang neemt ook de complexiteit van een organisatie toe (en dan heb ik het nog niet eens over de complexiteit die een fusie met zich meebrengt). Er komen meer mensen, afdelingen, ruimtes, voorzieningen en dus meer uitzonderingen waarmee rekening gehouden moet worden. Er is meer communicatie nodig omdat er meer zaken op elkaar moeten worden afgestemd, meer mensen moeten worden geïnformeerd. Mensen kunnen in een grote organisatie maar een beperkt deel van het geheel overzien en kunnen moeilijk rekening houden met het grote geheel met als gevolg dat veel problemen maar gedeeltelijk worden opgelost. Ga voor jezelf maar na wat er op je af komt als je het eten voor vanavond voor jezelf, voor je gezin of voor de hele familie moet verzorgen!
    Om een organisatie te kunnen besturen heb je informatie nodig. Hoe complexer de organisatie, hoe moeilijker het is om het allemaal te overzien. Dus moet er aan de top meer  informatieverwerkende capaciteit zijn. Zie daar de verklaring voor de uitdijende staf (het beruchte 'waterhoofd') aan de top van de grote onderwijsinstellingen. Omdat al die mensen die informatie weer moeten halen bij de sectoren, units, opleidingen gaan ze daar vragen stellen, enquêtes houden, kwaliteitsmetingen doen. En dus zullen die sectoren, units, opleidingen weer (administratieve) mensen in dienst moeten nemen om de top van de benodigde informatie te kunnen voorzien. Allemaal formatie, die niet ingezet kan worden in het primaire proces. Vanaf een bepaalde omvang werkt schaalgrootte dus contraproductief.
  • Wat is nu de ideale grootte van een onderwijsinstelling uitgaande van effectiviteit en efficiëntie? De brief stelt, dat er geen overtuigend bewijs is dat de schaalgrootte leidt tot minder leerprestaties. Maar ja, waar baseer je dat op?
    Nog los van de oorzaak: Voor het MBO blijkt uit het rapport 'Kerncijfers 2003-2007' van het Ministerie van OC&W (zie o.a. p 92-93) geen afname van de leerprestaties. In het MBO is er sprake van enkele ontwikkelingen: een toename van het aantal studenten en een toenemende interne doorstroom naar hogere opleidingen binnen het MBO. Ook het aantal gediplomeerden stijgt. Dat zegt op zichzelf nog niet zoveel, want bij een sterker stijgende instroom zou het toch een afname betekenen. Dat valt niet zonder meer uit die cijfers halen want een stijgende instroom vertaalt zich pas na enkele jaren in een hoger aantal gediplomeerden.
    Voor het HBO is er volgens het rapport juist wel een dalende trend te zien (p 105). Maar of dat nu samenhangt met schaalvergroting of bijvoorbeeld met een hogere instroom in het HBO?
    Misschien zou het toch eens interessant zijn om eens een paar slimme rekenaars onderzoek te laten doen of er een statistische onderbouwing te vinden is ten aanzien van een mogelijke relatie tussen rendement en schaalgrootte. Een grafiek met op de x-as de omvang van een onderwijsinstelling in een bepaald onderwijssegment en het rendement op y-as, uitgedrukt in kosten per gerealiseerd diploma gedeeld door de totale instroom. Een dergelijk getal is een product van effectiviteit (rendement) en efficiëntie (kosten). Daar zou misschien een Gauss-curve uit kunnen komen waaruit de optimale schaalgrootte per segment is af te leiden.
  • Er is meer! Eén van de argumenten die gebruikt worden, is de keuzevrijheid. Een student moet wel iets te kiezen hebben. Hier speelt met name in het primair en voortgezet onderwijs vooral de signatuur of het pedagogisch-didactisch karakter van de school een rol. In het MBO en HO ligt dat wat anders. De brief vermeldt dat de meeste regio's maar één roc hebben. In zo'n geval valt er weinig te kiezen. Hoewel? Een dergelijk roc biedt waarschijnlijk de meeste opleidingen wel aan. Dus in die zin: keus genoeg.
    Hoewel dat niet valt te verwachten zou je je in een denkexperiment kunnen voorstellen wat er zou kunnen gebeuren als er een golf van schaalverkleiningen over bijvoorbeeld het MBO zou worden uitgestort. Ik heb zo'n donkerbruin vermoeden dat dat in heel veel gevallen zal leiden tot sectorale onderwijsinstellingen: een economisch MBO, een technisch MBO, een zorg MBO, enzovoorts. Hoezo meer keus? Een student kan nog steeds maar bij één instelling terecht. Sterker nog, binnen een roc zou je op zijn minst verwachten dat bij een verkeerde studiekeus een overstap makkelijker te regelen zou zijn dan wanneer een student naar een andere sectorale MBO-instelling moet overstappen.

Er is alle reden om te kijken naar de effecten van schaalvergrotingen en te zoeken naar een zeker optimum. Een proces waarmee een schaalverkleining wordt gerealiseerd volgens 'natuurlijk verloop' (door middel van wat afsplitsingen, vestiging van nieuwe scholen en wat onderlinge concurrentie) zou misschien wel de beste oplossing zijn. Misschien wat meer concurrentie door op basis van e-learning ook in andere steden wat meer onderwijs aan te bieden?

maandag 1 december 2008

White Flag

Een hele tijd geleden heb ik me eens beklaagd over het feit dat door de nieuwe technologieën er 'geen kunst meer aan was' om iets voor elkaar te krijgen waar je daarvoor toch minimaal een zekere expertise voor nodig had. Denk aan muziekmaken of fotografie. Iemand merkte toen op dat dat maar heel betrekkelijk was, omdat mede daardoor allerlei nieuwe vormen van kunst zouden ontstaan. Ik heb daar sindsdien inderdaad allerlei voorbeelden van gezien, zoals een lasershow op de muziek van Carmina Burana een jaar of 10 geleden in Budapest.

Afgelopen weekend was er opnieuw een geweldig voorbeeld te zien.
Zoon Daan studeert op het conservatorium in Utrecht en kwam een tijdje terug met 'een geweldig idee' aanzetten: a suite for rock band and soundtrack. In een project hadden de studenten kennisgemaakt met een muziekstuk van Jacob ter Veldhuis waarin film- en geluidsfragmenten van de oorlog in Irak zodanig waren gemonteerd tot een ritmische soundtrack, compleet met beelden en teksten. Ter Veldhuis had daar vervolgens muziek bij geschreven. Dat wilde een aantal studenten onder de naam Rebelectric ook wel eens proberen.

Toen ik de eerste keer thuis wat opnames hoorde, was ik niet zo onder de indruk, knap maar niet zo mooi. Maar wat een vergissing. Tijdens het optreden tijdens de open dag van het conservatorium afgelopen weekend bleek het te gaan om een weergaloos mooi stuk muziek.
Helaas is het optreden hier niet weer te geven, maar wie nieuwsgierig is naar de muziek kan op YouTube terecht waar beelden te zien zijn, gespeeld door 'Electric Kompany'. De suite omvat een aantal stukken, waaronder een vertraagde speech van Bush, een gevechtssituatie waarin een truck onder vuur komt te liggen en een gevechtsscene waarin enkele Amerikanen een vijandelijk voertuig uitschakelen. Zeer indrukwekkend is het stuk 'White Flag', waarin een veteraan vertelt hoe hij een Iraakse vrouw doodschoot, die achteraf een witte vlag bleek te dragen. Indrukwekkend, Kunst met een nieuwe K!

Boodschappenlijstje

Morgen gaat een hele delegatie, wat zeg ik, gaat een hele delegatie delegaties richting Berlijn. Woensdag begint daar Online Educa, de grote internationale conferentie op het gebied van Onderwijs en ICT.

En ik ben er (weer) niet bij.

Ik mag niet klagen (van mijn baas), ik ben immers pas nog bij Educause in Orlando geweest. Nu mag een ander.
Ik heb mijn collega wel een boodschappenlijstje meegegeven van onderwerpen waar ik graag de laatste ontwikkelingen van zou willen horen en zien:

  1. De laatste ontwikkelingen op het gebied van elo's vs plo's. Hoe gaan de leveranciers van grote elektronische leeromgevingen om met de uitdaging die persoonlijke leeromgevingen meer en meer te bieden hebben?
  2. Zijn er nu applicaties of apparaten, waarvan steeds duidelijker wordt dat ze als 'killer-app' kunnen worden gaan beschouwd? (Zo worden er de laatste tijd wel heel veel elektronische schoolborden verkocht. In hoeverre zie je nu, dat het gebruik van allerlei vormen van ICT in het onderwijs daardoor in een stroomversnelling gaan komen?).
  3. Wat is er internationaal te zien van onderwijsontwikkelingen in de richting van competentiegericht onderwijs?
  4. Ik heb me even afgevraagd of ik de toepassing van web2.0 in het onderwijs nog zou moeten noemen. Dat is bijna een vanzelfsprekendheid. Maar goed, als er heel inventieve oplossingen te zien zijn waarmee aantoonbaar het leren verbetert, dan weil ik het natuurlijk wel weten.

Voor de rest volg ik de blogs van alle andere wel tussen het inpakken van de sinterklaascadeautjes door...