maandag 16 februari 2009

Web2.0 in de buurt...

Kenmerkend voor web2.0 is, dat allerlei activiteiten en communities zich als vanzelf organiseren rondom de tools. Daarbij speelt natuurlijk schaalgrootte een rol. Als een bepaalde tool (op basis van de 90-9-1 regel) maar door 1% van de gebruikers daadwerkelijk getrokken wordt, is er nog steeds sprake van een heel groot aantal actieve gebruikers. In elk geval is er voldoende kritische massa om een community levensvatbaarheid te geven. Wanneer dergelijke faciliteiten worden klaargezet voor een beperkte gemeenschap bestaat het risico dat die faciliteiten helemaal niet gebruikt gaan worden, in elk geval op een schaal waarbij er sprake is van een kritische massa. In elk geval is voor een beperkte gemeenschap 1% actieve gebruikers niet genoeg om het geheel levensvatbaar te maken. Wil je dat toch voor elkaar krijgen, dan zul je een speciale aanpak moeten bedenken.

Recent is na enkele jaren voorbereiding de site www.buurtleven.nl in de lucht gekomen. Het is een website op basis van allerlei web2.0 toepassingen die momenteel als pilot voor een drietal buurten in Amsterdam een bijdrage moet gaan leveren aan de sociale cohesie en integratie. Elk huishouden in die drie buurten hebben een toegangscode gekreden waarmee ze een eigen account kunnen aanmaken. Daarmee kunnen ze een persoonlijk profiel aanmaken en zien wat er in hun buurt van hun gading is. De website biedt allerlei faciliteiten om met anderen te chatten, activiteiten te organiseren, communities in te richten, vraag en aanbod te organiseren. Dat gebeurt rondom een plattegrond (Google Maps) waar allerlei informatie, activiteiten, gebeurtenissen gekoppeld kunnen worden aan een bepaalde locatie. Voor de gebruikers is dan meteen inzichtelijk waar wat gebeurt.
Het project is opgezet in samenwerking met de woningbouwcorporaties, die als geen ander de situatie in de buurt kennen. Er zijn allerlei initiatieven genomen om mensen naar de site te trekken en ze te bewegen tot een actieve participatie. Zo is in elke buurt een groot aantal prominente figuren (van wijkagent tot maatschappelijk werker) benaderd om een actieve rol te spelen op de site. Ook zijn er wijkredacteuren, mensen die voortdurend op zoek zijn naar buurtnieuws, dat publiceren en en relateren aan een bepaalde locatie.
Er worden ook 'beloningen' uitgeloofd. Mensen die het initiatief nemen voor een buurtactiviteit en dat via de site organiseren en bekendmaken kunnen een deel van de kosten van die activiteit terugkrijgen.

Buurtleven moet niet worden verward met www.buurtlink.nl. Beide sites zijn vergelijkbaar als je de kernideeën erachter met elkaar vergelijkt. Ze gaan alletwee uit van web2.0 toepassingen om de sociale cohesie en integratie in buurten te versterken. Principieel verschil is de schaalgrootte. Buurtlink gaat over heel Nederland, Buurtleven is vooralsnog beperkt tot de drie Amsterdamse buurten.

Dergelijke sites kunnen in theorie een belangrijke bijdrage leveren aan de sociale cohesie en integratie. Maar dat is theorie. Natuurlijk kun je het succes afmeten aan kwantitatieve parameters (x% van de buurtbewoners maakt vaker dan y keer per z weken gebruik van de site). Het echte effect moet natuurlijk te zien zijn in een verbetering van de leefbaarheid van de buurt. Dat lijkt in eerste instantie moeilijk te meten. Woningcorporaties zullen echter op basis van hun ervaring ongetwijfeld criteria hebben waarmee de effecten in kaart kunnen worden gebracht. De organisatie achter Buurtleven is dan ook op zoek naar een socioloog of sociologie student die hier brood in ziet om onderzoek te doen naar de uiteindelijke effecten. Als daar resultaten van boven water komen zal het ongetwijfeld de moeite waard om daar weer eens een mini-symposium aan te wijden. In houd je op de hoogte.

1 opmerking:

  1. Ik woon in een "Vinex" wijk en merk dat deze 's morgens leegloopt en 's avonds weer vol, veel contact is er dus niet en iedereen is hartstikke druk. Persoonlijk vind ik juist in je eigen buurt fysiek contact en lekker BBQ-en en Borrelen van een veel grotere waarde dan online contact met mensen waar ik ook naartoe kan lopen. Daar zouden we veel meer energie in moeten steken.
    Ik herinner me nog de vroege MSN fase van mijn jongste zoon, voordeurbel gaat buurmeisje vraagt aan zoon: zullen we MSN'nen. Ja leuk en beiden zitten een uur met elkaar online, terwijl ze naar elkaar kunnen kijken door het raam. Even de buurvrouw Hyven of ze zin heeft in een wijntje?

    BeantwoordenVerwijderen

Reacties zijn welkom