Het is alweer even geleden dat Vincent Icke een presentatie gaf op een interne studiedag rondom ketensamenwerking en persoonlijke dossiers zoals het Elektronisch Leerdossier, het Elektronisch Patiëntendossier of het Elektronisch Klantendossier. Ik had hem daarvoor uitgenodigd naar aanleiding van een interview waarin hij zijn standpunt duidelijk maakte.
Kern van zijn betoog: "Stop met het ontwikkelen, inrichten en gebruiken van allerlei databases met gegevens zolang de samenleving nog niet in staat is goed om te gaan met allerlei vraagstukken die die gegevensbanken oproepen". Hij heeft het dan niet alleen over die dossiers maar ook over Hyves, YouTube en dergelijke. De vraagstukken, die hij bedoelt, zijn bekende vraagstukken van privacy maar ook de ongewenste filmpjes of foto´s, die -eenmaal op het wereldwijde web- er nooit meer van af te halen zijn. Maar zijn angst is vooral dat al die gegevens eenmaal met elkaar gecombineerd leiden tot een web waaruit niet meer te ontsnappen valt.
Het laat me niet los. Er zijn buiten de genoemde dossiers vele voorbeelden. Mijn klantenkaart van Albert Heyn, mijn Airmileskaart, mijn OV-chipkaart. En er komen steeds meer gegevensbanken.
Een tijdje terug waren slimme energiemeters in het nieuws. De Consumentenbond is tegen een verplichte invoering. Om privacyredenen (en omdat ze wellicht meer energie kosten dan ze zouden opleveren). Zelf houd ik mijn energiestanden al jarenlang bij. Het geeft inzicht in het verbruikspatroon. Je haalt er de zomervakanties uit, maar ook dat ene feest (met een elektrische barbeque, een spot van 500 W op het podium en de extra koelkasten voor de drank). Ook is het effect zichtbaar van opgroeiende en vervolgens uitzwermende kinderen. Ik zou wel zo'n slimme meter willen, om mijn energieverbruik nog veel beter in beeld te krijgen. Over privacygevaren maak ik me niet zo druk. Als ik op vakantie ben is dat wel aan meer dingen te zien dan aan mijn energieverbruik.
Elk van die gegevensbronnen biedt allerlei mogelijkheden. Met een slim gebruik van gegevens is immers heel veel te doen. Ik refereer nog een keer aan het onvolprezen boek van Steven Levitt: Freakonomics.
Wie profiteren van die gegevensbronnen, van die dossiers? Natuurlijk leerlingen, patiënten of klanten. Doordat scholen, zorginstellingen of andere dienstverlenende instanties op basis van die informatie beter onderwijs of begeleiding, of een betere zorg of dienstverlening kunnen bieden.
Maar ja, als die gegevens eenmaal in die dossiers zitten... Als al die gegevensbronnen ook nog eens aan elkaar gekoppeld worden, met elkaar gecombineerd worden, biedt dat oneindig veel mogelijkheden. Maar ook wel veel informatie over alles wat je doet of gedaan hebt, waar je bent of bent geweest.
Er zijn er natuurlijk meer, die profiteren van die informatie. Ook slimme zakenlui. Bedrijven, die meer inzicht krijgen in klantprofielen en gerichte marketing kunnen doen of een meer persoonlijke dienstverlening, meer maatwerk kunnen realiseren. Nou ja, dat is nog daar aan toe. Maar het wordt al anders als andere partijen er gebruik van moeten of kunnen maken. Of het nu gaat om veiligheidsdiensten, bedrijfsartsen, verzekeringen, sociale diensten, hypotheekverstrekkers, werkgevers, of wie weet, wie nog allemaal meer.
Hoe zit het dan met al die web2.0 tools waar miljoenen dankbaar gebruik van maken om zichzelf, hun persoonlijke gegevens, meningen, ideeën, belevenissen te presenteren aan de hele wereld. We hebben er nieuwe termen bij bedacht zoals 'prosumeren'. Dat gebeurt zonder dat men er bij nadenkt of dat op een later moment wel eens minder goed uitkomt. Er voorbeelden te over van sollicitaties die mis lopen vanwege wat domme dingen op YouTube.
En er komen steeds meer mogelijkheden bij, zoals nu weer het IRL Connect waar je anderen kunt laten weten waar je bent via Google Maps.
Ik blijf in elk geval geloven in de mogelijkheden maar realiseer me dat er meer gedaan moet worden om de gevaren, zoals die door Icke worden verwoord, hanteerbaar blijven of worden. Een aantal van die zaken kennen we al. Zoals aandacht voor mediawijsheid. Ook regels, waarbij elk individu kan aangeven of gegevens in een dossier beschikbaar gesteld worden. Maar ook de techniek zou een bijdrage kunnen leveren. Bijvoorbeeld door in bepaalde bestanden een soort automatische houdbaarheidsdatum in te bouwen.